woordenschat: vaste voorzetsels invullen 2

Er zijn veel vaste voorzetsels die bij bepaalde werkwoorden horen. In deze opdrachten ga je oefenen met het invullen van deze vaste voorzetsels. Lees de uitleg over voorzetsels en oefen eerst met het herkennen van voorzetsels. 

Vul het juiste vaste voorzetsel in.



1: Fedde is dol jou.

2: Ik ben verliefd mijn echtgenoot.

3: Ik verbaas me jouw gedrag.

4: Dex past zijn kleine broertje.

5: Olivier verschuilt zich zijn onzekerheid.

6: Filou vergist zich het tijdstip.

7: Luca is brutaal de agent.

Voor € 15,- per jaar kun je een jaar lang alle oefeningen maken. Bestel nu!
Inloggen
Score
0%

Volgende

  • oefening naam