Deze uitleg gaat over het alfabet en alfabetische volgorde.
Het alfabet bestaat uit 26 letters. De letters kunnen op verschillende manieren worden geschreven: hoofdletters en kleine letters. Het is belangrijk het alfabet goed te kennen. De volgorde van de letters is belangrijk om woorden op te kunnen zoeken in een woordenboek of om bijvoorbeeld een boek te kunnen vinden in de bibliotheek.
Als je het alfabet schrijft kun je schrijfletters en blokletters gebruiken.
a, b, c, d, e, f, g, h, i , j, k, l, m, n, o, p, q, r, s, t, u, v, w, x, y, z (kleine letters)
A, B, C, D, E, F, G, H, I, J, K, L, M, N, O, P, Q, R, S, T, U, V, W, X, Y, Z (HOOFDLETTERS)
Als woorden op alfabetische volgorde staan, dan staan ze op dezelfde volgorde als het alfabet.
Als de eerste letter hetzelfde is, dan wordt gekeken naar de tweede letter van het woord.
Als de eerste twee letters hetzelfde zijn dan wordt naar de derde letter gekeken, enz.
Namen van bijvoorbeeld schrijvers staan op volgorde van de achternaam van de schrijver.
Je kunt oefenen met de alfabetische volgorde van letters en je kunt oefenen met de alfabetische volgorde van woorden.