Het wederkerend voornaamwoord herkennen
Uitleg
Het wederkerend voornaamwoord is een onderdeel van taalkundig ontleden, de Latijnse naam is reflexief pronomen.
Het wederkerend voornaamwoord komt alleen voor in combinatie met een wederkerend werkwoord. Het wederkerend voornaamwoord verwijst naar de persoon die het onderwerp is. Het onderwerp komt dus nog een keer in een andere vorm terug.
Voorbeelden van wederkerende werkwoorden:
- zich schamen
- zich ergeren
- zich vergissen
- zich scheren
De wederkerende voornaamwoorden
enkelvoud
- ik schaam me
- jij schaamt je
- u schaamt zich (u)
- hij/zij/het schaamt zich
meervoud
- wij schamen ons
- jullie schamen je
- u schaamt zich (u)
- zij schamen zich
Je kunt eerst oefenen om het wederkerend voornaamwoord te herkennen, daarna is het belangrijk om te oefenen met wederkerende werkwoorden in zinnen.